Plaatsen > Venetië
Venetië (Italiaans Venezia), is een stad in het noordoosten van Italië, ten oosten van Verona, ten westen van Triëst en ten noordoosten van Bologna, aan de noordwestoever van de Adriatische Zee. Het is hoofdstad van de regio Veneto, en van de provincie Venetië. Volgens cijfers van de gemeente zelf woonden er in 2001 271.003 mensen.
Geschiedenis
Venetië ligt op een groep kleine eilanden midden in een lagune (de Laguna Veneta) die al in de tijd van het Romeinse Rijk Venetia werd genoemd. Er woonden al eeuwen mensen, maar de eerste grotere nederzettingen kwamen er pas als gevolg van de toestroom van vluchtelingen na de invallen van Attila rond 453 en van de Longobarden in 568.
In het midden van de 7e eeuw was de strijd min of meer beslist, maar het Byzantijnse Rijk behield in Italië onder meer de regio Venetië. Omdat de dreiging bleef, kreeg het gebied een eigen, voor het leven gekozen leider, de zogeheten doge (naar het Latijnse woord voor leider, dux).
Pas in de 9e eeuw was er sprake van een stad als echte eenheid, wat kwam door de gemeenschappelijke vijanden en door de bouw van meer bruggen tussen de eilandjes, en tevens doordat de stad een beschermheilige kreeg. In 828 werd de Heilige Marcus van Alexandrië, die door de traditie wordt geïdentificeerd met de schrijver van het Evangelie naar Marcus, begraven op de plek waar zich nu de Basilica di San Marco bevindt (zie onder). De op zee sterke Venetianen, die de Adriatische Zee domineerden, moesten met hun vloot vaak Byzantijnse belangen verdedigen en kregen in ruil hiervoor meer onafhankelijkheid en handelsprivileges. In de 12e eeuw werd de stadsstaat Venetië een steeds grotere economische bedreiging voor de concurrerende steden Genua en Pisa en tevens machtiger ten opzichte van Byzantium. In 1204, tijdens de Vierde Kruistocht, plunderde de Repubblica Marinara zelfs Constantinopel, en kreeg het een groot gedeelte van het Byzantijnse Rijk in handen.
Hierop volgde een meer dan honderd jaar durende bittere strijd om de macht in de oostelijke Middellandse Zee met concurrent Genua (de zogeheten Chioggia-oorlogen), dat op 13 augustus 1380 uiteindelijk verslagen werd. In de 12e, 13e en 14e eeuw was de stad op het hoogtepunt van zijn macht. Echter, in 1453 namen de Turken Constantinopel in, waarmee het tij voor de republiek Venetië definitief keerde. Het verloor veel havens en eilanden en raakte daardoor in financiële moeilijkheden.
In het begin van de 16e eeuw sloeg Venetië nog een aanval af van de Liga van Kamerijk, gevormd door de paus, Frankrijk, Spanje en Duitsland, maar op de lange duur bleek de republiek te klein ten opzichte van de Europese grootmachten. Ook van belang was de ontdekking van het Amerikaanse continent in 1492, waar Venetië geen rol speelde.
De 18e eeuw was de laatste eeuw waarin de stad onafhankelijk was, maar wordt wel gezien als de meest fascinerende van zijn bestaan. Gedurende dit Settecento werd de stad misschien wel de meest elegante en verfijnde stad van Europa en had het grote invloed op kunst, architectuur en literatuur. Vele rijke jongeren deden de stad aan als onderdeel van hun Grand Tour.
Op 12 mei 1797 veroverde Napoleon de stad, waardoor Venetië na meer dan duizend jaar zijn onafhankelijkheid verloor, maar al op 12 oktober van hetzelfde jaar tekende hij het Verdrag van Campo Formio, waarmee de stad onderdeel werd van het door de Oostenrijkers gecontroleerde koninkrijk Lombardije-Venetië. Op 18 januari 1798 namen zij de stad over. Tijdens het Wener Congres van 1814-1815 werd deze beslissing bekrachtigd. In 1861 ontstond het Italiaanse koninkrijk, maar pas in oktober 1866 kwam ook Venetië daarbij.
Topografie en infrastructuur
Venetië bestaat uit meer dan honderd eilanden. In het centrum fungeren de beroemde kanalen als wegen. Behalve een spoorlijn, is er slechts één autoweg vanaf het vasteland; in de stad zelf zijn geen auto’s. De klassieke Venetiaanse gondel wordt vooral gebruikt door toeristen en voor speciale gebeurtenissen als bruiloften en begrafenissen; de inwoners van de stad maken vooral gebruik van “waterbussen” (vaporetti) of van privé-boten.
De stad bestaat uit zes wijken, die sestiere (van sesto, één-zesde) heten, te weten Santa Croce, San Polo, Cannaregio, Dorsoduro, Giudecca en het centrale San Marco. Dwars door de stad slingert het Canal Grande (“Grote Kanaal”). De Piazza San Marco (“het plein van de Heilige Marcus”, zie boven) is het centrum van de stad. Dichtbij de stad, op het vasteland, ligt het vliegveld Marco Polo.
Architectuur en cultuur
Venetië telt te veel markante gebouwen en te veel belangrijke kunstwerken om ze hier allemaal op te noemen.
De Basilica di San Marco, op het Piazza San Marco is de derde kerk op deze plaats en dateert van rond 1060. Het gebouw, dat gezien wordt als een van de mooiste van Europa, bevat onder andere Romaans beeldhouwwerk, mozaïeken, marmer, bronzen beelden en een van edelstenen voorzien altaarstuk, de Pala D’Oro. De San Marco in Venetie wordt gezien als de grootste en weelderigst geornamenteerde nog bestaande kerk van de Tweede Gouden Eeuw van Byzantium. De Venetianen hadden lang onder het Byzantijnse gezag gestaan en zij bleven artistiek onder de invloed van het oosten, ook toen zij politiek en commercieel onafhankelijk waren geworden. De San Marco heeft eveneens het grondplan van het Griekse kruis, getekend in een vierkant, maar iedere arm van het kruis heeft hier zijn eigen koepel. Deze koepels rusten niet op trommels, maar zijn gesloten in bolle houten helmen, bedekt met verguld koper en met een rijk bewerkte lantaarn bovenop, waardoor ze hoger schijnen en van grote afstand zichtbaar zijn. Voor de zeevaarder vormen ze dan ook een prachtig baken. Het ruime interieur, beroemd om zijn mozaïeken, bewijst dat deze kerk bedoeld was voor de burgers van een wereldstad, niet voor een kleine kloostergemeente.
Naast de Basilica staat het Palazzo Ducale (Dogenpaleis), dat teruggaat tot de 9e eeuw en niet alleen dienstdeed als woning van de Doge, maar ook als gerechtshof en als stadhuis. Dit gotische meesterwerk bestaat gedeeltelijk uit roze marmer. Binnen bevinden zich talloze kunstschatten, waaronder werk van Tintoretto, Veronese en Carpaccio.
In het oostelijk gedeelte van de sestiere San Polo bevindt zich de grote gotische kerk Santa Maria Glorioso dei Frari, die in het midden van de 15e eeuw gereedkwam. Het bevat onder meer schilderijen van Titiaan en Giovanni Bellini en het graf van componist Monteverdi.
Het museum Accademia di Belli Arti herbergt werk uit de 14e tot en met de 18e eeuw, van de gotiek tot aan werk van de 18e-eeuwse Giambattista Tiepolo.
Elke twee jaar wordt in Venetië de beroemde kunsttentoonstelling de Biënnale gehouden. Het strand het Lido was een van de eerste mondaine badplaatsen. Ook zeer bekend is het Venetiaanse carnaval. In de Venetiaanse keuken neemt vis traditioneel een belangrijke plek in.
Waterbeheer
De stad heeft vaak, vooral tussen november en februari, te kampen met overstromingen vanuit de Adriatische Zee. Vanwege de drassige grond zijn de gebouwen in Venetië gebouwd op palen.
In de 20e eeuw leidde het wegpompen van grondwater onder de stad ten behoeve van de chemische industrie tot aanzienlijke bodemdalingen, reden waarom dit in de jaren zestig werd verboden. Vergeleken met 100 jaar eerder was in 2003 het gemiddelde waterpeil 23 cm hoger geworden. Om verdere overstromingen te voorkomen, werd in 2003 begonnen met de bouw van een stormvloedkering die de lagune bij hoog water moet afsluiten.
Verdere informatie
Behalve sommige van de hierboven genoemde kunstenaars zijn ook de avonturier Marco Polo, componisten Monteverdi en Vivaldi en vrouwenveroveraar Giacomo Casanova beroemde Venetianen. De toneelschrijver en – regisseur Carlo Goldoni begon in Venetië met zijn hervorming van de Commedia dell’Arte. Goethe bezocht de stad in 1786, de dichter Robert Browning en de schrijver Henry James woonden er en in 1883 stierf Wagner er. Monet maakte er aan het begin van de 20e eeuw een paar schilderijen.
In Venetië spelen zich af Shakespeare’s toneelstukken Othello en De koopman van Venetië, een belangrijk gedeelte van A la recherche du temps perdu van Proust, het boek Der Tod in Venedig van Thomas Mann en de daarop gebaseerde gelijknamige film van Luchino Visconti. Ook de film Don’t look now (1973) met Donald Sutherland van Nicolas Roeg speelt zich af in de stad.
CAFFÈ FLORIAN
Caffè Florian vind je aan het beroemde San Marcoplein. Het is een van de bekendste en duurste koffiehuizen in de wereld. Het opende in 1720 de deuren en tal van bekende personen, zoals Lord Byron en Goethe kwamen hier over de vloer en de legendarische Giaccomo Casanova werkte hier zelfs. De sfeer van weleer, die in de werken van Balzac aan bod komt, is gebleven. Het flirten werd hier zowat uitgevonden en je staat hier nog steeds oog in oog met Italiaanse schoonheden. Adres: Piazza San Marco 56,Venezia. Dagelijks van 9.30 uur tot laat in de nacht.